Gedicht
|
Neem nou de senioren die hier staan:
zoals ik destijds, de vrijheid gulzig opgezogen. De jaren 50, 60 gretig omgebogen en doorgegeven aan het nageslacht. In dank aanvaard door twinkelende kinderogen en een gewillig oor. Ja, vrijheid geef je door. En nu marcheert het vrije woord met regelmaat op mijn tv (van rechts naar links, van links naar rechts), sleept de reactie mee van hem, of haar voor wie dat vrije woord nog vrijer moet. Tot kwetsend toe. Verplettert elk taboe. De vrijheid kwam en groeide groot. Soms groter zelfs dan menigeen verantwoord kon verwerken. Confessies, zuilen, kerken beroofd van hun gehoor. Tja, vrijheid geef je door. En nu regeert het vrije woord, ontkent soms de beschaving. Bespringt de vluchtelingenstroom, vervloekt de man, de vrouw (die net als wij destijds ook vrijheid zoekt) zonder gene, zonder schroom, in wanstaltig idioom. ‘n Beschaafd en vrij, welvarend land dat zich bij vreemd en onbekend door angst laat regisseren, geen risico’s durft accepteren, schept een nieuwe, ongelijke strijd, wordt star en zuur, raakt op den duur het gastvrije, lichtvoetige gevoel van vrijheid kwijt. Ed van Berkel Hoek van Holland 4 mei 2016 |